Als je allemaal op elkaar lijkt, dan sterf je uit
De wereld verliest massaal dier- en plantensoorten. Van ongerepte natuur is nog maar weinig over. Onze planeet loopt een risico dat binnen 25 jaar nog eens een miljoen soorten uitsterven. Het gevaar is dat de aarde zo in een positie komt waarvan zij moeilijk herstelt en zo ook niet meer de voordelen aan mensen levert, zoals schoon water en vruchtbare grond voor landbouw.
Het is 2170 en alles wat rest is een droge en kille wereld. Waar voorheen bossen stonden, zijn nu stoffige, kale zandvlaktes. Opgedroogde rivieren, oceanen zonder walvissen en een verstikkende lucht. Een filmscript over de ondergang van de mensheid? Nog niet, maar het aantal dier- en plantensoorten neemt rap af. Miljoenen individuele populaties zijn we over de hele planeet al kwijt en het aantal dieren dat op aarde leeft is sinds 1970 met de helft gedaald.
Met het kolossale verlies van de bonte mix op aarde lijkt dit op een wereldwijde crisis die de klimaatverandering overtreft. De oorzaak is grotendeels het vernietigende karakter van de mens, die in hoog tempo bossen kaalkapt voor landbouwgrond, oceanen leegvist en rivieren vergiftigt met chemicaliën. Op slechts 3% van het landoppervlak in de wereld leven gezonde populaties van de oorspronkelijke dieren in hun natuurlijke habitat.
22 mei 2022 is het ‘internationale dag voor de biodiversiteit’ met als slogan ‘wij zijn onderdeel van de oplossing’. De wereld staat op die dag stil bij biodiversiteit waarin ook de sleutel ligt voor onze problemen met klimaat, gezondheid, voedsel- en waterzekerheid. Maar wat is biodiversiteit en welke oplossing stopt de neergang?
De mens als een vernietigende wereldverbeteraar
In 1992 sloten landen het biodiversiteitsverdrag af (zie tijdlijn). Het doel van dit akkoord: ongebreidelde verlies aan biodiversiteit over de hele wereld een halt toeroepen. Door de internationale toewijding is het niet de aarde die we redden, maar de hulpbronnen waarvan ons leven afhankelijk is. Dat is tot nu toe nog niet gelukt en daarom vinden wereldleiders dat het tijd is voor extra maatregelen.
Dat vernieuwde verdrag komt tijdens een belangrijke VN-top vergelijkbaar met het klimaatakkoord van Parijs tot stand. Dit vindt in november 2021 plaats. Het is de grootste biodiversiteitstop in tien jaar. Hier onderhandelen honderden biodiversiteitsexperts en ministers van regeringen van de hele wereld over nieuwe acties die de verscheidenheid van het leven beter beschermen. Dat is belangrijk, want dieren en planten lopen wereldwijd gevaar.
Biodiversiteit is een breed begrip. Het bestaat uit verschillende niveaus, namelijk: genen, dan individuele soorten, families van verschillende soorten en tenslotte hele ecosystemen, zoals bossen of koraalriffen. Deze talloze interacties hebben de aarde miljarden jaren bewoonbaar gemaakt. “Je moet een ecologisch systeem voorstellen als een netwerk met heel veel dwarsverbindingen”, zegt Sean Hoban, genetisch deskundige en lid van de adviesgroep voor het behoud van genetische diversiteit bij het internationaal comité voor bedreigde diersoorten (IUCN).

Met genetische diversiteit inteelt de baas
De variatie tussen de individuen van één soort, staat bekend als de genetische variatie; dus hoeveel individuen genetisch gezien van elkaar verschillen. Het staat aan de basis van een pyramide, waarop de biodiversiteit ‘rust’, maar ‘onzichtbaar’ is. In tegenstelling tot de andere niveaus van biodiversiteit, kunnen mensen verschillende soorten en ecosystemen wel ‘zien’. Pas als een populatie met een slechte genetische diversiteit een dramatische afname laat zien, is het duidelijk dat er te weinig genetische variatie tussen de individuen was.
In het biodiversiteitsverdrag staat dat genetische variatie niet achteruit mag gaan. Toch blijkt uit onderzoek dat individuen van planten en dieren steeds meer op elkaar lijken. Maar juíst de verschillende wilde soorten zijn cruciaal in een gezond ecosysteem. Het is net als het Jenga-spel waar je telkens een blokje uit de toren haalt. De toren wordt steeds instabieler. Op een gegeven moment zijn er te veel blokjes weg en stort de toren in.
Hink, stap, sprong tot een conservenblikje
Wetenschappers stellen drie maatregelen voor die de diversiteit van genen beter veiligstelt in het nieuwe biodiversiteitsverdrag van 2021. Zij stellen als eerste een specifiekere definitie van genetische variatie voor, zodat deze ook geldt voor soorten die in natuurgebieden voorkomen. Het internationale biodiversiteitsverdrag legt te veel nadruk op de bescherming van gewassen en dieren uit de veehouderij.
Zo liggen er in de wereldzadenbank in de Spitsbergen plantzaden van zo veel mogelijk plantenrassen. Volgens Hoban is dat “belangrijk voor de voedselvoorziening, maar bescherm je hiermee geen wilde dieren en planten”. Een bevroren plantenzaad in een gletsjer is niet hetzelfde als de olierijke zaden van de zeldzame tengere distel in de duinen. Die zaadnootjes zijn voor vinken en mezen een prima voedselbron. Het zaadje in de ijsberg is dat niet.
De tweede verbetering stelt het belang van genetische data centraal, waarmee je vroegtijdig ontdekt welke soorten op de rand van de afgrond staan. “Als je een soort systematisch gaat monitoren dan kan daar echt een rijkdom aan data uitkomen”, volgens Laura Bertola, onderzoeker bij de Universiteit Kopenhagen en lid van de IUCN-adviescommissie voor het behoud van genetische variatie. “Op deze manier krijgt een onderzoeker inzicht in groepen dieren die fysiek verwijderd van elkaar leven en wat hun onderlinge genetische verschillen zijn”, voegt Hoban toe.
De mate van genetische verschillen hangt namelijk af van hoe bewegelijkheid een soort is. Vogels vliegen eenvoudiger naar andere leefgebieden en mengen onderling veel makkelijker dan een salamander. Zo vindt een amfibie juist niet zo makkelijk een partner in een ander leefgebied. Bertola: “vooral kleine en geïsoleerde populaties van dier- en plantensoorten verliezen aan genetische variatie. Na een aantal generaties zijn alle individuen aan elkaar verwant en krijg je inteelt.” Uit een romantische maar incestueuze relatie tussen broer en zus is de kans groot dat er een kind met erfelijke aandoeningen ontspruit.
Boze econoom brengt genetische armoede
Daarnaast weet de lokale bevolking vaak wat de natuur en de mens nodig heeft. “De wereldwijde samenwerking tussen onderzoekers en beleidsmedewerkers gaat goed, maar het zou mooi zijn als we ook de kennis van lokale mensen en de inheemse bevolking inzetten”, vertelt Hoban. Ook evolutionaire en ecologisch onderzoeker Simone des Roches van de Universiteit van Washington, is het hier mee eens: “wetenschappers kijken nog te weinig naar de voordelen die de verscheidenheid van soorten biedt aan mensen, terwijl die wel een belangrijke functie vervult in het ecologisch systeem”.
De voordelen van de genetische variatie van soorten moet ook economen en politici overtuigen. Des Roches geeft een voorbeeld: “vissers en de economie zijn gebaat bij gezonde en diverse vissensoorten. Hoe meer genetische variatie tussen de individuen van een vissoort des te gezonder en groter is de populatie op de langere termijn”. Daarnaast zijn vissen zelf ook weer een bron van voedsel voor andere dieren en behouden de vissers een florerende zee met meer vangst”.
De definitie van genetische variatie moet dus ook gelden voor soorten die in de vrije natuur voorkomen. Hoban: “Het is zeker nog niet te laat. We kunnen nog veel soorten redden en de biodiversiteitsconferentie biedt hier een goede en misschien wel laatste mogelijkheid voor”.
De komende 25 jaar raakt de enige leefbare plek in ons zo heelal een miljoen soorten kwijt. Er is geen tijd voor getreuzel. ‘Wij zijn tenslotte deel van de oplossing’.
